- Details

Familie Moubis:
De familie Moubis komt oorspronkelijk uit het dorpje Lobberich vlak over de Duitse grens bij Venlo. Jan Mobis, zo werd de naam rond ± 1600 geschreven, was boer en "scholtheiss" (burgemeester) van het dorp Lobberich. Zijn zoon Paul (±1608 - ±1675), kleinzoon Quirin (Crein) (1644 - ± 1700) en achterkleinzoon Mathias (1674-1729) leefden ook als boer, schepen en/of burgervader van Lobberich.
De zoon van Mathias, Heinrich Moubis (1702-1769), vestigde zich na zijn huwelijk met een rijke boerendochter uit Breyell in het nabijgelegen Schaag. Heinrich legde zich op de handel toe en begon een koopmanshuis in "Kolonialwaren" zoals tabak en textiel.
Johann Heinrich zette het handelshuis van zijn vader in Schaag voort; zijn broer Johann Mathias begon een nieuw handelshuis in Breyell. Hier begon het eerste contact met Steyl en Tegelen.
In 1798 trouwde Johann Heinrich Moubis uit Schaag met Hendrina Franssen, de dochter van postmeester Franssen uit Tegelen
In de andere tak Moubis trouwde de zoon van Johann Mathias uit Breyell, Leopold (1806-1856), met Wilhelmina de Rijk, de dochter van de schatrijke Gradus de Rijk uit Steyl. Leopold vestigde zich in Steyl en begon daar een handelshuis.
Het echtpaar Leopold Moubis-de Rijk woonde in een paleisachtige villa (Villa Moubis) aan de Waterloostraat in Steyl. Dit huis werd later het St.Jozefklooster en ligt nu in het park “Palais Moubis” in Steijl.
*Bron: website van de geschiedenis van de St.Josephstichting en de St. Raphael Stichting
Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid
In 1876 werd het landgoed aangekocht door de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid.
Nadat de zusters tijdens de Kulturkampf vanuit Münster verdreven werden trokken ze naar Nederland naar Steyl om precies te zijn, dit handelsplaatsje lag dicht bij de grens met Duitsland en er waren al enkele Duitse kloosters gevestigd.
Dhr Josef Albers uit Münster gaf de zusters geld te leen "daar zij niets hadden".
Voor deze krachtdadige hulp werd het nieuwe klooster onderkomen naar zijn patroonheilige "St. Joseph" genoemd.
Er kwam een pensionaat waarin naast Duitse ook Nederlandse pensionaires werden aangenomen.
Het huis Moubis vroeg telkens opnieuw om uitbreiding. Het hele Mauritzpensionaat uit Münster kwam met haar opleiding in 1878 naar Steyl. Het pensionaat is gebleven tot 1920.
Dit was een goede inkomstenbron voor het klooster, zo rond 1920 verrees links van het landhuis een enorm gebouwencomplex met bijbehorende kapel, die ontworpen werd door de architect Casper Franssen. Het is mede aan de monumentale bouwstijl te danken dat de Villa Moubis in 1970 beschermd rijksmonument werd.
Gedurende de oorlogsjaren verbleven er meer dan 500 mensen in de kelders van dit klooster: internen van de Kweekschool uit Blerick, Zusters Dominicanessen van Mariadal, de bevolking van Steyl, Rode Kruis patiënten en meerdere onderduikers. Daarnaast waren er nog meer dan 100 zusters die dit huis bevolkten.
Tot 1965 was het St.Joseph klooster:
Provinciaal Moederhuis en noviciaat maar ook opleidingscentrum voor Ulo en huishoudschool waar de leerlingen intern verbleven. Tevens was de verzorging van zieke zusters een van dagelijkse bezigheden Het provincialaat werd in 1965 verplaatst naar Venlo. Een gedeelte van het klooster werd geschikt gemaakt voor bejaardenzorg. Toen de Wet op Bejaarden voor religieuzen in 1974 tot stand kwam, werd ook het witte gedeelte, het oorspronkelijk villa Moubis omgebouwd voor bejaardenzorg. In 1984 werden nieuwe aanpassingen gemaakt. In 1993 was men over de top van deze bejaardenzorg heen, het gebouw voldeed ook niet meer aan de eisen van de moderne tijd en werd in augustus 1994 verkocht.
*bron: website van de Zusters van de Goddelijke Voorzienigheid
Vanaf 1994 hebben diverse projectontwikkelaars het complex in handen gehad. In 2000 heeft uiteindelijk de familie Lathouwers, Villa “Palais” Moubis gekocht en Bouwbedrijf Stam & de Koning de omliggende grond, klooster en kapel. Het heeft nog tot 2003 geduurd voordat de eerste schop de grond in kon van het huidige Park Waterloo.